Dag april. Het begin van de maand zoefde voorbij, vol hoogtepunten en levendigheid. De tweede helft van de maand was trager, soms zoekend.
Begin april kwam er een cirkeltje rond doordat ik iets nieuws deed in mijn oude kerk. Bijzonder wel, zo aan het einde van de weg die ik met deze kerk mocht gaan. En ondertussen raak ik steeds meer thuis in een kerk in Amsterdam, hoe ver van huis die ook is. Wat een ontdekkingsreis, alles zo dicht bij mijn hart, rakend.
Het was een maand waarin ik helemaal opbloeide toen we een nachtje in een hotel logeerden dat vroeger een klooster was. Het was er fijn, de mensen waren vriendelijk, de gebouwen vol historie. Ik houd van die plekken die bezinning ademen, aandacht voor alles wat ons te boven gaat. Ik genoot met volle teugen.
En het was maand waarin ik worstelde met migraine. Soms steekt het ineens weer meer de kop op. Vermoeiend en ontregelend. Zelfs op de dagen zonder hoofdpijn, want het is moeilijk om zorgeloos plannen te maken als je elk moment gevloerd kunt worden. En tegelijk was er ook het besef dat ik niet op de rem wil leven. Bij voorbaat thuisblijven maakt me ook niet gelukkig. Een zoektocht die nog even voortduurt.
Qua werk zat het gelukkig wél mee, er stroomden allerlei opdrachten binnen. Mijn agenda vulde zich precies goed: niet te vol, niet te leeg. Zo fijn om naar mijn kantoor te fietsen en te weten wat er op het programma staat. Ik werkte aan een kort videootje, aan illustraties voor bij een lezing, aan een ontwerp voor bij iemand aan de muur en aan en geboortekaart.
Ik genoot deze maand van de magnolia in onze tuin die (eindelijk!) bloeide en van de boom in onze achtertuin die in een grote witte bloeiende wolk veranderde. En we gaven onze woonkamer een metamorfose door een nieuwe lamp op te hangen en wat muurtjes te schilderen. (Ik zal je niet lastigvallen met hoe mooi ik die lamp vind, maar reken maar.) Deze amateurklussers zijn tevreden.
Ik las, luisterde en keek van alles. Behalve dat we verzeild raakten in Flikken Maastricht, las ik Het lied van ooievaar en dromedaris uit. Wat een indrukwekkend boek. Ik genoot van dit prachtige nieuwe nummer van Stef Bos. En ik laafde me aan de verhalen uit Wolf en lam van Huub Oosterhuis. Hij overleed aan het begin van de maand en sindsdien is zijn werk nog meer voor me tot leven gekomen. Bijzonder hoe dat gaat.
En nu staan we op het punt om mei binnen te gaan. De wereld is langzaam groen aan het worden en er staan nieuwe avonturen op het programma: een dagje Nijmegen, een opleidingsweekend, dat soort dingen. We gaan het allemaal wel zien. Ik hoop op een maand waarin ik dicht bij mijn hart kan blijven.
PS En o ja, ik stond in de krant :) Een interview over mijn werk, zwemmen in koud water en mijn liefde voor taal. Het artikel is in het Drents, maar gelukkig ook goed te lezen als je geen Drents kunt (zoals ik).

Wat tof dat je met een interview in de krant stond! Zeker een hoogtepunt :)
Zo balen van je migraine!
Je huis ziet er gezellig uit zo. En inderdaad, tof van dat interview! Ik kan het jammer genoeg niet helemaal lezen maar zo tof dat het in het Drents is! Ik kan zo’n dingen wel appreciëren.