gedachten over intuïtie, geduld, wachten, vertrouwen, mindfulness en God.

De laatste tijd valt het me steeds vaker op. Dat ik zoveel meer ben gaan vertrouwen op aanvoelen, wachten, rijpen, opmerken, en niet-bedenken. Geduld en intuïtie, misschien zou ik het daarmee kunnen samenvatten.

Nu zijn dat heus geen compleet nieuwe woorden. Ik maakte er voor het eerst bewust kennis mee in 2013. Toen ik naar een nieuwe stad verhuisde en werk zocht, terwijl ik geen idee had wat voor baan ik dan wilde. Het bleek een kwestie van geduld. En intuïtie dus. Want om erachter te komen wat ik wilde, móest ik wel naar mijn gevoel (leren) luisteren. Gelukkig maar. Zeven jaar later en ik kan me geen betere baan wensen dan het bedrijf dat ik nu heb.

Ik leerde dat geduld en intuïtie zo slecht nog niet waren. Dat ze eigenlijk best tot mooie dingen konden leiden.

Vorig jaar. Het gevoel dat ik even weg moest uit de kerk werd steeds sterker.

Soms vraag ik me af of intuïtie en Heilige Geest twee namen voor hetzelfde zijn. Die diepste stem die richting geeft. Die verlangens in je losmaakt, vlammetjes van nieuwsgierigheid aanwakkert. Vaak komt er weinig rationeels aan te pas. Hoe stiller je wordt, hoe duidelijker de stem, de wind, de tekenen, het gevoel. En dus ook des te groter de spanning als je die stem probeert te negeren.

Ja, ik denk echt dat die stem van God komt. Hoe je God dan ook precies zou willen definiëren of welk woord je ervoor gebruikt. Want die stem is iets wat je overstijgt. Je kunt er met je verstand niet bij. Ja, je hoort en voelt ‘m in je binnenste, maar hij is afkomstig uit iets dat groter is dan jij, veel groter. Onbevattelijk. Het is een stem die het beste met je voor heeft, daar ben ik inmiddels wel achter. Een stem die je leidt naar steeds meer ruimte, meer acceptatie, meer welkom.

En tegelijkertijd voelt het gevaarlijk om naar die stem te luisteren. Inmiddels snap ik waarom. Want ernaar luisteren vraagt iets van je. Het vraagt om vertrouwen, om loslaten en om de controle uit handen geven, al is het maar voor even. Die stem kan je zomaar buiten je comfortzone leiden, en nou ja, het woord zegt het al: dat is dus oncomfortabel. Ongemakkelijk.

O ja, die stap uit de kerk dus. Ik had het goed in de kerk, echt. En tegelijkertijd merkte ik dat ik op het gebied van God (?) iets miste. Ik wilde groeien, leren, ontdekken. Ik wilde alles wat ik ooit had geleerd in twijfel kunnen trekken om de antwoorden zelf te ervaren. Het lukte me niet in de kerk, het was alsof ik er niet bij kon. Alsof er te veel afleiding was om bij de kern te komen.

Dat gevoel werd zo sterk dat ik uiteindelijk de sprong waagde. Want zo voelde het. Alsof ik uit een trein sprong. De val was ruw, onhandig en pijnlijk en toen ik om me heen keek voelde ik me verward en verdwaald. Maar ook: eindelijk rust. Ademruimte. Ja, ruimte. Als de God van die trein overal is, dan kan ik hem of haar hier in ieder geval in alle rust ontmoeten en ontdekken. Ik heb de tijd.

Intuïtie had me naar die plek geleid. Geduld was mijn tweede compagnon. Ik geloof dat God (of het Leven, of Liefde of het Universum, het maakt me echt niet uit hoe je het noemen wilt. God is nu eenmaal het woord dat ik heb meegekregen, ik hoop dat je je er niet te veel aan stoort.) geen haast heeft, want inmiddels zie ik steeds meer hoe alles zich heel rustig, alles precies op zijn eigen tijd, ontvouwt. Dingen gebeuren pas als de tijd rijp is.

Ik zie het in mijn werk, ik zie het in de hele reis die ik aflegde nadat ik de kerk verliet. Ik volg mijn nieuwsgierigheid, en hoewel het me soms niet snel genoeg kan gaan, dient zich steeds weer iets nieuws aan. Het enige wat van mij verlangd wordt, is dat ik op dit moment op deze plek ben. ‘Je hoeft alleen maar nu hier te zijn,’ is de fluistering die ik vaak hoor als ik weer ongeduldig sta te trappelen en verder zou willen zijn. En het is waar. Want alleen als ik met met al mijn aandacht aanwezig ben op de plek waar ik nu ben – alleen als ik echt goed oplet, kan ik datgene opmerken wat zich nu aandient. Dan kan die intuïtie/Geest weer om de hoek komen.

Als ik het kan opbrengen om nu hier te zijn, kan ik ontdekken wat er nu hier ontdekt wil worden. Je weet pas wat er komt als je je openstelt. Ik denk dat je je intuïtie misschien kunt vergelijken met een radar. Het subtielste signaal kan opgepikt worden. Je brein is degene die de radar bekijkt, leest. Het punt is, hoe fantastisch de radar alles ook kan oppikken, als degene die ‘m moet uitlezen de andere kant op kijkt, of in slaap gevallen is, heeft niemand er wat aan.

Door mindfulness leer ik steeds meer om op te letten, wakker te zijn, aanwezig te zijn in dit moment. Om te zorgen dat al die subtiele signalen niet compleet langs me heen gaan. Een voorbeeld. Ik lees een roman en één zinnetje doet iets met me. Mijn lijf reageert: mijn ademhaling versnelt, mijn borstkas gaat op en neer. Soms merk ik het pas op de volgende bladzijde: hé, er gebeurde iets. Er is iets blijven haken, ik moet nog iets. Dan blader ik terug en scan ik opnieuw door de tekst tot ik die reactie weer voel. Dit keer bewust. Mijn brein leest het uit. Waar gaan deze woorden over, welke associaties komen erop, wat hebben ze me vandaag te zeggen? Blijkbaar haakt het aan iets wat er bij mij speelt, bewust of onbewust.

Dat is intuïtie denk ik. Alsof er in elk moment een schat verborgen kan liggen, een wegwijzer, een stukje informatie dat je verder wil leiden. Het voelt als een avontuur om dat spoor te volgen. Het is geen kwestie van mijn verstand uitzetten, maar meer in dienst stellen van. Mijn verstand bepaalt de route niet. De route wordt bepaald door dat niet-bevattelijke, dat wat groter is dan ik. Erop vertrouwend dat die- of datgene het overzicht heeft.

PS Over een paar jaar lees ik dit misschien hoofdschuddend terug, zie ik de dingen anders, verder, nieuwer, scherper. Zou zomaar kunnen. Maar dit is nu.

10 reacties

  1. Ha, dat laatste gevoel is precies wat dit blog bij mij oproept. Er gebeurt iets met me, iets haakt aan… ik herken iets, eigenlijk zelfs veel. Dank je voor het verwoorden, voor een punt om zelf verder over te kunnen voelen:) Ben je toevallig bekend met het werk van Barbara Brown-Taylor? Zij was werkzaam als Anglicaans priester en nu als religiewetenschapper aan de universiteit. Haar boeken ‘An Altar in the World’ en ‘Leaving Church’ hebben mij enorm geholpen en iets in jouw woorden doet me aan haar denken. Geloven vanuit gevoel en mindfulness, God buiten de kerk, enzo. Haar werk helpt mij om vanuit de nodige gevoelsoep weer wat structuur te ontwaren/vormen – en de rijke spiritualiteit waaruit ze deelt helpt mij verder voelen, tasten, zoeken. In het website-vakje een stukje van een andere blogger die ik graag volg (een aanrader in zichzelf), deels over BBT, mocht je nieuwsgierig zijn:) Groetjes!

    • Ahh dankjewel voor je reactie! Whazaa die blogpost van Gertine is mooi! Ik herken me er helemaal in en wil alleen maar ‘ja ja ja’ roepen :-) Ik kende haar blog al wel, maar deze post nog niet. En het werk van Barbara Brown-Taylor ga ik opzoeken, klinkt inderdaad heel waardevol! Dankjewel voor de tip :-)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Translate »